Ik ben kwaad geworden. Driftig. Het soort woede dat van diep vanbinnen komt. En dat niet evenredig is met de oorzaak ervan. Ik heb geroepen, ik heb mijn kind met kracht terug op haar stoel gezet. Achteraf denk ik: wie was die roepende vrouw? Zij nam het even over. Goed, we hebben sorry gezegd en geknuffeld, maar het schuldgevoel achteraf is allesverterend.
Dit is niet iets waar ik makkelijk over schrijf, maar het is wel iets wat af en toe gebeurt. Ik die mijn geduld verlies, roep, en me achteraf rotslecht voel. Niet vaak, gelukkig, maar elke keer is er een te veel. Als ouder kom je jezelf nogal eens tegen.
Hoe boos ik me voelde, het volume van mijn stem, stond niet in verhouding met de situatie. We waren te laat voor school en mijn vlinderende kind wou maar niet meewerken. Maar de eigenlijke trigger lag bij mij. Het gevoel te falen maakt een gewond dier van mij, gevaarlijk.
De wonde is oud. Een erfwonde, zoals we er allemaal hebben. De emotionele patronen die je onbewust meekrijgt van de generaties voor je en die af en toe hun lelijke kop opsteken.
Dit is niet de mama die ik wil zijn. Dit is niet de mama die mijn kind nodig heeft. Maar het heeft geen zin mezelf een schaamtegevoel aan te praten. Ik voel me schuldig om mijn verlies van zelfcontrole. Maar dat maakt me nog geen slechte moeder. Het is een belangrijk onderscheid, tussen schuld en schaamte.
Net als iedereen ben ik een work in progress. Geen enkele ouder is perfect. Weten hoe je wilt moederen is nog niet hetzelfde als dat consequent toepassen, ook wanneer je onder druk staat, ook wanneer je getriggerd wordt, ook wanneer je maar vijf uur geslapen hebt. Je probeert dat, maar dat het soms niet lukt betekent niet dat je over de hele lijn gefaald hebt.
Ik weet wat me straks te doen staat, als de school uit is. We gaan herstellen. We gaan kaderen. Wat ik wil dat mijn kindje weet is dat ik haar graag zie, ook al ben ik boos geworden. En dat het eigenlijke probleem niet bij haar ligt. Ja, ze moet wel degelijk een beetje beter meewerken 's morgens. Maar dat roepen, dat echte boos zijn, dat is niet haar probleem, maar het mijne. Hoe erg is het tenslotte dat we 's ochtends een beetje te laat komen?
(Omslagfoto: fragment van Constant, Turbulentie, 1961)
Comments