top of page
  • Yannice De Bruyn

Pannenkoekentaart

Onze kinderkamer is een onbestemd zootje. En dat is niet de schuld van de kinderen. Je vindt er een allegaartje van bijeengesprokkeld IKEA-meubilair waar niet eens alles in past, twee matrassen op de grond en daar tussenin genoeg zwervend speelgoed om de zak van Sinterklaas mee te vullen. Een sad beige mom zou er instant uitslag van krijgen (ondanks de beige gordijnen). Maar eindelijk - eindelijk - heb ik de kast gevonden die het allemaal gaat oplossen.


Moeder zkt. grote, niet-te-grote kast. Uniek maar speels. Goede prijs.


Wie lang genoeg zoekt vindt alles tweedehands. En zo kwam dit pareltje op mijn pad. Ze lijkt een beetje op Madame Garderobe, vind je niet? En ze komt met een verhaal, van een klein meisje dat er steeds grotere kleren in legde. Tot ze in haar eigen huisje ging wonen, iets wat mijn dochter zweert nooit te zullen doen. Beat that, IKEA.


Dit is ze :)

Ik ben er best trots op dat ik dit van mijn lijstje mag schrappen. En ik kijk mezelf een beetje verwonderd na. Want voor dit hele proces van herhaaldelijk zoeken, onderhandelen over de prijs, thuis overleggen, vervoer regelen, en het opschuren, verf kopen en opnieuw verven van de kast, ze in elkaar zetten en de kinderkamer verbouwen, had ik de afgelopen jaren geen energie. Wat ik vroeger in één lange ademteug zou hebben gedaan bungelde nu ergens onderaan mijn meterslange to-dolijst, een ambitie waarvoor ik geen marge had. Niet het fut om eraan te beginnen en niet de ruimte om ervan te herstellen.


Wat je gedaan krijgt gaat niet om hoeveel tijd maar om hoeveel energie je hebt. Dat zegt Oliver Burkeman, auteur van Four Thousand Weeks: Time Management for Mortals. Het is net wanneer je overweldigd bent dat je gaat uitstellen, omdat je niet weet waar te beginnen. Niet zelden voel ik me als Pettson en Findus in hun avontuur Pannenkoekentaart, waarbij elk probleem dat ik wil oplossen tien nieuwe problemen oproept. Ik wil gewoon even een machientje was doen, maar daarvoor moet ik eerst de was die er nog in zit ophangen, en daarvoor moet ik eerst de droge was van de draad halen, en daarvoor moet ik eerst de mand met propere was die al een week boven staat te wachten om uitgeladen te worden, uitladen. En dan moet er nog een vlek worden uitgewassen, maar voor ik dat kan doen moet de gootsteen worden leeggemaakt, en die kan ik pas leegmaken als ik de afwasser eerst uitlaad, en dat kan ik pas doen als de peuter slaapt enzovoort. En zo is het altijd wel iets. Met als resultaat dat de dingen die kunnen worden uitgesteld, worden uitgesteld.


Er staan zo’n 100 dingen op mijn to do lijst, and then some. Eens het op de lange baan wordt geschoven is er niemand die weet hoe lang het daar zal blijven liggen. Het hoopje kleren dat op de vensterbank stof vergaart, wachtend om versteld te worden. De groeiende berg spullen die naar de kringloop moet. De rommelige voorraadkast, de ramen waar je amper nog doorheen kunt kijken. Het berichtje dat ik al heel lang eens moet sturen. Het boek dat ik zes maanden geleden uitleende maar waar ik nog geen letter in las. Meestal ben ik al blij dat ik de brandjes van alledag kan blussen, en met wisselend succes toekom aan wekelijkse taken.


Maar onze vakantie gaf me blijkbaar een duwtje in de rug. In de les fysica legde meneer ‘Neem een blaadje papier’ uit dat het meer energie kost om een kast in beweging te krijgen dan om ze in beweging te houden (om in thema te blijven). En nu heb ik de smaak te pakken. Er staan nog een paar kasten op de planning, een fotomuur, de reorganisatie van onze slaapkamer, enkele plantenhangers, en zelfs de aanblik van het stapeltje kleren begint wel heel erg te kriebelen. Dus, tot de pijl ongetwijfeld zakt doorheen de vlucht, surf ik even vol overgave op deze golf aan energie, haren in de wind en een zelfvoldane glimlach op m’n smoel.

Comments


bottom of page